U kunt via onze reserveringstool een afspraak inplannen en aangeven welke archiefstukken u op dat moment wilt inzien.

1. Inleiding (Drents Archief)

Uw zoekacties: Abdij Dikninge

0440 Abdij Dikninge

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inventaris
1. Inleiding
0440 Abdij Dikninge
1.
Inleiding
De oudste vermelding van 't klooster komt voor in 1141, toen bisschop HARBERTUS van Utrecht aan de "ecclesia beate Marie "Runa" schonk de kerk te Steenwijk en verschillende onroerende goederen. Blijkens de acte, waarbij dit geschiedde, werd die" ecclesia" bewoond door monniken van de Benedictijner orde. In 1169 blijkt aan die "ecclesia" een abt verbonden te zijn; van dien tijd dagteekent dus althans de abdij. Nog steeds was deze gevestigd te Ruinen, en zij bleef dit, totdat in 1325 bisschop JAN verlof gaf tot verplaatsing der abdij naar Dikninge. Ruinen toch was volkrijker geworden en werd daarom niet meer geschikt geacht als plaats voor een klooster; immers de bisschop overwoog "quod vita monastica solitaria et tristis esse debeat et "cohabitacione hominum seorsum sublata". Eenige jaren later, in 1335, bepaalde de bisschop, dat de abdij zou genoemd worden bij haren ouden naam Zoetendale. Dit is opmerkelijk, omdat, voorzoover mij bekend is, dit stuk het eenige is, dat dien ouden naam vermeldt; 's bisschops woorden hebben ook voor den komenden tijd geen gevolg gehad.
Het klooster was oorspronkelijk een mannenconvent, boven vermeldde ik dit reeds. Doch vrij spoedig schijnt dit te zijn veranderd. Immers in 1215 is er sprake van de "fratres et "sanctimoniales de Runa". Toen waren er dus naast de kloosterbroeders ook nonnen. Oorkonden van 1217 bevestigen dit, sprekende van "fratres et sorores''. Daarentegen heet het in eene oorkonde d.d. 1236: "abbas et fratres sui". In 1247 echter bevestigt de bisschop op verzoek van de "priorissa ac conventus monialium "in Runen" de boven aangehaalde gift dd 1141, terwijl in 't zelfde jaar een "clericus" en zijne dochter "habitum et ordinem "eiusdem monasterii assumpserunt", wat wederom doet denken aan een gecombineerd mannen- en vrouwenklooster. In 1251 is er sprake van een "monasterium et conventus monialium in "Runa". Dertig jaren later blijkt de mogelijkheid te bestaan, dat een "secularis sacerdos" "in monasterio de Runen" "prebendatus" "existit". In 1326 blijken "prebendae monasticae" aan vrouwen te worden verleend. En verder is er, ni fallor, geen sprake meer van monniken in de abdij, behalve voorzoover hun bijstand noodig was voor den kerkdienst in de abdij en in de onder haar ressorteerende kerken.
Aan 't hoofd bleef staan een abt, in het laatst der 16de eeuw vervangen door een abdis; verder een prior en eene priores, later alleen een priores, terwijl eindelijk een "kellener", of hoe zijn titel in verloop van tijd zich wijzigen mocht, zorgde voor de administratie. Tegen de opheffing in het begin der 17de eeuw was 't aantal mannelijke bewoners al zeer klein geworden: slechts een tweetal vinden wij genoemd, waarvan een de "administrator" en de ander een geestelijke was. Niet onbelangrijk waren de bezittingen, die de abdij in verloop van tijd zich verworven had, zoowel in Drente als in Overijsel Bovendien kwam aan haar toe het recht van begeving van eenige kerken en vicarieën: Ruinen, Blijdenstein, Yhorst, Beilen en Westerbork. In verband met de invoering der Hervorming in Drente werden ook de beide abdijen in die provincie, te Assen en Dikninge, gesaeculariseerd. Eene commissie werd naar Dikninge gezonden om inventaris te vorderen van alle inschulden en overige bezittingen. Niet zonder tegenstand werd hieraan gevolg gegeven. En 't mag betwijfeld worden, of het ontbreken van vele stukken, die men zeker in 't archief zou hebben verwacht, te wijten is alleen aan slordigheid in het bewaren, door de Staten gepleegd. Waarschijnlijk toch hebben de abdij bewoners, toen de vordering van Ridderschap en Eigenerfden tot hen kwam, eenige stukken weggevoerd naar Hasselt, waar de abdij een huis bezat. De nonnen bleven de abdij bewonen, voorzien van alimentatiebrieven, en zijn waarschijnlijk daarin overleden. Daarna hebben de gebouwen tot andere doeleinden gestrekt (o. a. woonden daarin de rentmeesters der Staten van de goederen der voormalige abdij). Thans is daarvan niet meer over dan een kelder.
Het archief der Dikninger abdij is dus in 1603 ongeveer naar Assen verhuisd, opgenomen in de Staten-archieven en daarmede geborgen in het oude kloostergebouw. Sedert heeft het dus het lot van de Staten-archieven gedeeld. Volgens een inventaris, d.d. 1679, blijken de stukken geborgen te zijn, met die van de abdij te Assen, in een kist tusschen den (noordelijken) schoorsteen en de deur; de stukken van Dikninge lagen daarin aan den schoorsteenkant. Andere oude inventarissen van de Staten-archieven geven omtrent de archieven der abdijen geen licht.

Kenmerken

Datering:
1360-1617
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Drents Archief, Assen. Toegang 0440 Abdij Dikninge
VERKORT:
NL-AsnDA, 0440