Belangrijkste onderwerpen nr 11:
- De prebende van juffer Walburch van Haaren, opgenomen in het klooster Dikninge, 1605, jan.
- De handhaving van het landrecht in de heerlijkheid Westerwolde en van de gereformeerde religie in de classis Oldambt en Westerwoldigerland, 1605, jan-feb., 1610, mei, 1611, jan-april, juni, aug., nov., dec., 1612, aug., sept.
- De organisatie van het bestuur van de landschap Drenthe, z.d. (1605); 1612, maart.
- De vergaderplaats en de leiding van de Drentse synode, alsmede de vertegenwoordiging van de stadhouder op de Drentse synode,1605, maart, 1610, juni, aug, okt.
- Betaling van vrijgeleide, zowel aan de vijand als aan Staatse troepen. Roof en stroperijen door militairen. Gijzeling vanwege achterstallige contributies; Het verlenen van akten van verzekering en pascedulen; 1605, aug., okt., dec.; 1606, jan., feb., mei, juni, okt.; 1607, juli-sept.; 1608, aug.; 1610, maart; 1611, dec.; 1612, jan.
- De reparatie, versterking en bezetting van de vesting Coevorden, 1605, aug.; 1607, juli; 1609, juni; 1611, maart, okt.
- Brief van Jacob Entens aan Willem Lodewijk over de versterking van het huis te Wedde, 1605, aug.
- Verzoek van Jacob Entens aan Willem Lodewijk om de inwoners van het Oldambt hand- en spandiensten te laten verrichten ten behoeve van de Bellingwolderzijl en Bourtange, 1605, aug.
- Brief van Willem Lodewijk aan Berend ten Veenhuijsen om ten spoedigsten het huis van diens broer te verlaten, 1606, jan.
- Reikwijdte van de macht van de heer van Ruinen, zowel op politiek als op kerkelijk gebied, 1606, jan, feb.; 1610, dec.; 1611, feb., mei, sept.
- Verlening van commissie aan Henric Sluijter als schulte van Borger en Gasselte, 1606, feb.
- Proviandering van de vesting Coevorden, 1606, sept., okt.; 1608, juli, okt.; 1611, feb., aug., nov.

Vervolg nr 11- Verwijzing door Willem Lodewijk van aanspraken van de bisschop van Lingen op kerkelijke goederen naar de Staten Generaal , 1606, sept.
- Nominatie door drost Casper van Ewssum van Jan Lauwrens tot schulte van Anlo, Gieten en Zuidlaren, 1607, jan.; van Evert Barringe tot schulte van Roden en Roderwolde, 1608, feb.; van Hendrik Schierbeek tot schulte van Dalen, 1609, nov.; van Jan Berniers tot schulte van Coevorden, 1610, juni; van Evert Barringe tot schulte van Roden, 1610, juni; van Alphert Jansen tot schulte van de Wijk, 1611, jan.; van Harmen Wolters tot schulte van Dwingelo, 1611, jan.
- Visitatie van de kerken in Drenthe, 1607, juli-sept.; 1612, aug.; bemoeienis met predikanten, 1608, mei, juli, 1610, juni; 1611, jan, feb., aprilaug., nov., dec.; 1612, maart-juni, aug.; hernieuwde afkondiging van de plakkaten over de gereformeerde religie, 1610, nov.; teruggave van ontvreemde kerkelijke goederen, 1607, mei; 1611, jan., maart, juni-aug., nov. dec, 1612, dec.; aanbeveling door Willem Lodewijk van predikanten, 1611, jan.
- De rechtspleging wegens ernstige vergrijpen tegen of door militairen, 1607, sept, 1610, juni.
- Recognities en giften door Drenthe aan Willem Lodewijk, 1608, juli; 1611, feb.
- Vermeende aanspraken van Deventer, Kampen en Zwolle op de heerlijkheid Coevorden, 1608, sept.
- Dringend verzoek van Willem Lodewijk aan Drost en Gedeputeerden zich niet met militaire benoemingen te bemoeien, 1609, feb.;
- Verzoek van Willem Lodewijk aan Drost en Gedeputeerden en aan drost Casper Ewssum persoonlijk om de uit de veroverde stad Paderborn gevluchte syndicus Wolfgang Gunther, doctor in de beide rechten, de baan van wijlen doctor Brunsema te geven, 1609, feb.
- Verzoek van Drost en Gedeputeerden aan Willem Lodewijk het krijgsvolk uit Groningen en Coevorden het jagen in Drenthe te verbieden, 1609, juni.
- De contributie van Drenthe aan de Generaliteit, 1609, nov.; 1610, april, 1611, feb.

Vervolg nr 11:- Inwilliging door Willem Lodewijk van het verzoek van Joachim van den Boetzelaar dat schulte Gerhardt Struyck van Havelte hem helpt de leengoederen van Batinge terug te krijgen van Hidde en Dirk van den Clooster te Wittelte, 1610, maart.
- Recht op opbrengst van de verpachting van de generale middelen te Coevorden, 1610, maart; 1611, feb., maart.
- Visitatie in de heerlijkheid Westerwolde, 1610, mei.
- Benoeming en bevordering van bepaalde personen in het leger, 1611, sept., nov.
- Geschil over de grenzen tussen Valthe en Onstwedde, 1611, okt., nov., dec., 1612, okt.
- Opdracht van Willem Lodewijk om valken te vangen in de heerlijkheid Westerwolde, 1611, nov.
- Verlening van commissie door de heer van Aremberg aan de drost van de heerlijkheid Westerwolde, 1611, nov.
- Reparatie van de weg van de schans Bourtange naar de Munsterse scheiding, 1611, nov., dec.; 1612, april, juniaug.
- Het inrichten van een steenbakkerij door hopman Crijn de Blaue bij de Koepoort te Coevorden, 1611, nov.
- Klacht van Drost en Gedeputeerden over de commandeur van het garnizoen in Steenwijk, die de Drentse schulten in de buurt van Steenwijk heeft aangeschreven, 1612, maart.
- Verzoek van Willem Lodewijk aan de Staten-Generaal n.a.v. een klacht van het classis Oldambt en Westerwolde over het lastig vallen van predikanten in de drostambten van het stift Munster door de keurvorst van Keulen, 1612, sept.
Correspondenten:
Acronius, Johannes, predikant te Groningen, 1608, mei, juli; 1610, aug.; 1611, maart, juli, aug., sept.
Anthonii, Paulus, predikant te Beilen, 1610, okt.
Asscheberg, Themo van, predikant te Diever, 1610, okt.
Aysma, Hessel, 1605, okt.
Bannerschulte van Anlo, 1611, nov.
Barringe, Evert, schulte van Roden, 1610, juni.
Berniers, Jan, schulte van Coevorden, 1610, juni.
Blaue, Crijn de, 1611, maart, nov.
Bocholt, Gerardus, predikant te Beerta, 1611, dec.

Vervolg nr 11: Classis Oldambt en Westerwoldigerland, 1611, dec.; 1612, mei
Ensse, Evert van, drost te Lingen, 1606, jan.
Entens, Jacob, drost van Wedde en Westwoldingerland, 1605, jan., feb., aug.
Fullenius, Bernhardus, predikant, 1612, sept.
Hermanni, Warmoldus, predikant te Meppel, 1610, juni; 1611, juli.
Hendrik van Munster, heer van Ruinen, 1606, jan., juni
Homerus, Wigboldus, predikant te Midwolda, 1611, nov.
Hoorenckens, Bernard, kapitein, in functie als commandeur over het garnizoen in de stad Groningen, 1607, sept.; 1611, sept.
Ilberi, Fredericus, 1612, feb.
Ioannis, Ioannes, predikant te Wagenborgen, 1611, april.
Jong, Johan Casimir de, militair, 1611, sept.
Lyphardt, Balthasar, landschrijver, 1611, nov.
Moda, Hans Diedrich, militair, 1611, sept.
Moerlingius, Gualtherus, predikant te Grouw, 1612, sept.
Nicasius, Johannes, predikant te Bourtange, 1612, sept.
Rengers, Edsard, drost van Wedde en Westerwoldingerland, 1610, mei; 1611, jan., feb., april, okt., nov., dec.; 1612, juni, juli, aug.
Reussner, Christophor, predikant te Bourtange, 1612, jan.
Römelingh, Patrocles, predikant te Ruinen, 1611, mei.
Sageman, 1610, maart.
Sartorius, Jannes, predikant te Havelte, 1610, juni; 1612, april.
Sas, paap Steven, 1606, feb.
Schinkel, Goossen, rechter in Bellingwolde, 1605, feb.; 1610, mei.
Schonebeek, kerkelijke gemeente van, 1611, april; 1612, april.
Seusingius, Tobias, predikant, 1611, maart.
Solre, graaf van, drost van Lingen aan Spaanse zijde, 1607, sept.
Swalve, doctor, uit Bellingwolde, 1605, feb.
Torres, chevalier Philippe de, gouverneur van Lingen, 1605, dec.; 1606, jan., feb.
Veenhuijsen, Berend ten, 1606, jan.
Verlage, Heino, predikant te Bellingwolde, 1611, juni, nov.
Vriescheloo, kerkelijke gemeente van, 1611, jan.
Weemhoff, Gerardus, predikant te Winschoten, 1611, april, juni.

Vervolg nr 11: Wirichius, Johannes, predikant te Zuidlaren, 1611, aug.
IJsselmuiden, Alfer van, schulte van de Wijk, Koekange, Pesse, Echten en Ansen, 1611, juni,

Belangrijkste onderwerpen nr 12:
- Bemiddeling van Willem Lodewijk in het geschil over de grenzen tussen Valthe en Buinen enerzijds en Onstwedde anderzijds, 1613-1616.
- Verbod aan militairen om in Drenthe met een geweer of honden op wild te jagen, 1613, jan-maart.
- Bemoeienis van Willem Lodewijk met de generale classis van Drenthe:
Uitnodiging door Willem Lodewijk van de door het College van Drenthe gecommitteerden voor overleg met hem en zijn gecommitteerden over de afgelopen generale classis van Drenthe, 1613, jan.; 1614, okt.Commissieverlening door Willem Lodewijk aan drie predikanten als visitator van de drie classes, 1613, feb.; 1614, nov. Benoeming door Willem Lodewijk van Cornelis Hillenius als zijn gecommitteerde op de generale classes van Drenthe, 16131616. Verzoek van Willem Lodewijk aan Drost en Gedeputeerden om de kosten, door de visitatoren gemaakt, te vergoeden, 1614, febr. Overleg met de drost, een gedeputeerde, de secretaris van Drost en Gedeputeerden en de predikant Hillenius over een rapport van de classis Meppel inzake Meinardus Bernardi, voorheen predikant te Koekange, 1616, april.
- Teruggave van door anderen gebruikte kerkelijke goederen in Drenthe aan de kerken, 1613, jan.
- Nominatie door drost Caspar van Ewssum van Jocchum Everts tot schulte van Roden en Roderwolde, 1613, jan.; van Johan Alting tot schulte van Eelde en Paterswolde, 1613, nov.; van Wybbe Suijerts tot schulte van Beilen, 1614, okt.; van Henrich Joppens tot schulte van Norg, 1614, nov.; van Lutgen Nijsing tot schulte van Westerbork, 1616, mei; van Roelof Schierbeeck tot schulte van Dalen, Zweeloo en Oosterhesselen, 1616, mei.

Vervolg nr 12:- Het bezet houden van de vesting Coevorden.Verzoek aan Drost en Gedeputeerden om de compagnie van hopman Hans Moda te Coevorden te betalen, 1613, jan. Pogingen om steeds één van de twee op Drenthe gerepartieerde compagniën te laten dienen als bezetting van Coevorden, 1613, maart.; 1614, maart-mei. Verzoek aan drost Casper van Ewssum om te bemiddelen in een conflict tussen Crijn de Blaue en de commies Peter Bolardus te Coevorden, 1614, maart. Bevoorrading van de vesting Coevorden, 1616, feb.
- Kerkelijke zaken in Westerwolde. Reparatie van de kerken en pastorieën in Westerwolde 1613, feb.; 1615, april. Vergoeding aan predikanten voor het bijwonen van de classicale vergaderingen, 1613, feb. Brief van Willem Lodewijk, meegegeven aan de predikant van Bourtange, Johannes Nicasius, bestemd voor Hans Vries, om aan de predikant het volledige tractement uit te betalen, 1613, maart. Aanbeveling voor een predikant, tevens prior, in het gasthuis te Ter Apel, 1614, okt., nov., dec.
- Bemoeienis van Willem Lodewijk met de benoeming van zuiver in de leer en leven zijnde predikanten in Drenthe, alsmede met de handhaving van de zuiverheid van de leer, 1613, febr., april; 1614, jan., feb., aug.dec., 1615, aug., sept.; 1616, aug., okt.
- Verslag van het door Fredericus Ilberi afgelegde examen om als predikant toegelaten te worden, [1613], 1614, dec.
- Bemoeienis van Willem Lodewijk met de organisatie van het dopen van kinderen in Peize, aangezien predikant Ilberi niet mag dopen, 1614, dec.
- Bemoeienis van Willem Lodewijk, onder meer bij de Staten Generaal, met de pogingen van Drenthe enerzijds en Westerwolde anderzijds om hun rechten op de inkomsten van het klooster Ter Apel veilig te stellen, 1614, juli, aug., nov.; 1615, jan., maart, juli. Klachten over de administrator van het klooster Ter Apel, 1615, sept.

Vervolg nr 12: - Notitie over schultebenoemingen, die hebben plaats gevonden, z.j.[1614].
- Verzoek van Willem Lodewijk aan Drost en Gedeputeerden de predikant Wirichius te Zuidlaren te helpen om een behoorlijk tractement van de ingezetenen te krijgen, 1615, feb..
- Verzoek van Willem Lodewijk aan Drost en Gedeputeerden om hem de officieren te noemen, van wie de soldaten of ruiters zich niet aan de regels van de inlegering hebben gehouden, 1615, maart.
- Betaling van de kosten van inlegering van ruiters in Drenthe, 1615, mei.
- Dringend verzoek van Willem Lodewijk aan de Etstoel om juffrouw van Burmania en haar man wèl te horen in het proces dat zij tegen een niet met name genoemd persoon voeren, 1615, aug.
- Geschil over de grens tussen Noordwolde en Vledder, 1615, aug., 1616, juli, aug.
- Pogingen van Willem Lodewijk om te bemiddelen inzake geschillen van Drenthe met de heer van Ruinen over het tractement van de predikant te Ruinen en over het bijwonen van de Drentse classes door die predikant, 1616, juni, aug., nov., dec.
- Verzoek van drost Casper van Ewssum aan Willem Lodewijk geen acht te slaan op verzoekschriften van familie van Engelbert Allershof te Roderwolde over zijn veroordeling, 1616, juli.
- Verzoek van Johan Sturman te Dalen, ontvanger van de generale middelen te Coevorden, hem te steunen in zijn poging zijn tractement verhoogd te krijgen, 1616, dec.
- Bemoeienis van Willem Lodewijk met het geschil tussen Drenthe en Steenwijk over het vernielen van de sluis van Frans van Westerbeek in de A tussen Vledder en Wapserveen, 1616, mei-dec.
Correspondenten:
Acronius, Johannes, predikant te Wesel, 1613, april.
Anlo, schulte en kerkvoogden van, 1615, sept.
Coeling, Johannes, praeses van het classis Oldambt en Westerwoldingerland, 1614, okt.

Vervolg nr 12: Coenders, Abel, gedeputeerde ter Staten-Generaal namens Stad en Lande, 1614, juli.
Emmen, Anna, weduwe van wijlen de prior van het klooster ter Apel, 1614, juli.
Etstoel, 1615, aug.
Fransen, Frans, 1614, okt., nov.
Hillenius, Cornelis, predikant te Groningen, gecommitteerde van Willem Lodewijk op de classis generalis van Drenthe, 1614, sept.; 1615, aug.
Klingius, Georgius, predikant te Westerlee, scriba classis Oldambt en Westerwoldigerland, 1614, okt.
Meppel, ouderlingen en diakenen van, 1613, april.
Munster, Hendrik van, heer van de heerlijkheid Ruinen, 1616, juni, aug., nov.
Raad van State, 1614, juli.
Ravensberger, Herman, hoogleraar theologie aan de universiteit te Groningen, 1615, aug.
Rolde, classis, 1615, sept.
Rengers, Edzard, drost te Wedde, 1613, jan; 1614, juli, aug., okt.; 1615, aug., sept.; 1616, juli, aug.
Ripperda, Adolf, Peize, 1614, jan., feb.
Schoonebeek, gemeente, 1613, feb.
Sems, Johan, landmeter, 1615, aug.
Sluijter, Hendrik, schulte van Borger en Gasselte, 1616, juli.
Staten-Generaal, 1614, juli, aug, nov., dec.; 1615, juli, dec.; 1616, nov., dec.
Steenwijk, stadsbestuur van, 1616, mei-dec.
Veenhuizen, de ingezetenen van bij Onstwedde, 1616, juli, aug.
Westerbeeck, François van, kapitein en gouverneur van Steenwijk, 1616, mei-juli.
Westerwolde, ingezetenen van de heerlijkheid Westerwolde, 1615, aug.

Belangrijkste onderwerpen nr 22:
- Toevoegingen aan de instructie voor Willem Frederik als stadhouder van Drenthe, 1650, dec.
- Gelukwensen vanuit Drenthe aan Willem Frederik na zijn verkiezing tot stadhouder van Drenthe, 1650, dec.
- Bemoeienis van Willem Frederik met het kapiteinschap van drost Rutger van den Boetzelaer op één van de ten laste van de Landschap komende compagniën, 1650, dec.; 1653, mei, aug.
- Mislukte pogingen van Willem Frederik om voor Drenthe het recht op sessie in de Generaliteitscolleges te verwerven, 1651, jan., april.
- Nominatie van vrijgekomen schultambten door drost Rutger van den Boetzelaer en het verlenen van akte van survivance door de drost aan oudere schulten, in beide gevallen te bevestigen door de stadhouder, 1651, jan., juni, juli, okt., nov.; 1653, jan., feb., maart.
- Nominaties door Drost en Gedeputeerden van drie personen voor de vervulling van één vacante officiersplaats in een van de op Drenthe gerepartieerde compagniën, te kiezen door de stadhouder, 1651, maart, april, juli; 1653, maart, mei.
- Verzoek van de Staten-Generaal aan drost Rutger van den Boetzelaer om de uitspraak in het proces dat de broers Thomas en Lambert Dunne uit Brabant in Drenthe hebben gevoerd, ten uitvoer te leggen, 1651, april..
- Benoeming door Willem Frederik van Balthasar van Byma tot commandant van de vesting Coevorden, 1651, juni.
- Verzoek van Willem Frederik aan Ridderschap en Eigenerfden om het verzoek van hopman Albert Tjassens inzake zijn in Drenthe gelegen venen in te willigen, 1651, aug.
- Verzoek van Willem Frederik aan Drost en Gedeputeerden om een klein pensioen uit Dikninge aan Anna Sophia Tacken te geven, 1651, okt.
- Verlenen van commissie door Willem Frederik aan drost Rutger van den Boetzelaer om hem te vertegenwoordigen op de Drentse synode, 1651, okt.

Vervolg nr 22:- Bemiddeling van Willem Frederik tussen de Drentse synode en Jacob de David, predikant te Zuidlaren, over diens tractement, 1652, jan.
- Verzoek van Willem Frederik aan drost Rutger van den Boetzelaer om de verkopers van de molen te Coevorden, namelijk de dochter van Krijn de Blau en de weduwe en erfgenamen van Lubbert van Hardenberg, recht te doen wedervaren, 1652, feb.
- Pogingen van Willem Frederik - onder meer op verzoek van de Staten-Generaal om de landschap Drenthe er toe te brengen om de generaliteitslasten en de kosten van de militie te betalen, 1652, maart, mei, juni, nov.
- Brief van Willem Frederik aan Drost en Gedeputeerden over zijn bemiddeling inzake de diefstal van varkens door soldaten van Bourtange van de ingezetenen van Roswinkel, 1652, maart, 1653, jan.
- Verzoek van Willem Frederik aan de schulte van Coevorden om aan Jan Hermans te Coevorden voorlopig-totdat over het geschil is beslist-zijn paard terug te geven, 1652, maart.
- Brieven van Willem Frederik aan de Staten-Generaal, Overijssel, Gelderland, Zeeland, Utrecht, Friesland en Stad en Lande om Van Echten aan te horen over het door Ridderschap en Eigenerfden genomen besluit inzake het recht van benoeming van de drost, 1652, maart, april.
- Felicitatiebrieven van Ridderschap en Eigenerfden en van Drost en Gedeputeerden van Drenthe aan Willem Frederik bij zijn huwelijk met Albertine Agnes, 1652, juni
- Bemoeienis van Willem Frederik met het feit dat inwoners van Groningen en Ommelanden de geheimraad van de keurvorst van Brandenburg, Arnold Gijsels van Lier, hinderen bij het graven van kanalen vanuit diens in Veenhuizen en de Ommelanden gelegen venen tot aan Aduarderzijl, 1652, juli, aug.
- Pogingen van Willem Frederik om de landschap Drenthe het jaarlijkse tractement van Zeino van den Clooster, hofjonker aan het Hof te Leeuwarden, te laten betalen, 1652, aug.; 1653, nov.

Vervolg nr 22:- Bemoeienis van Willem Frederik met het geschil tussen de landschap Drenthe en de heer van Ruinen over de status van diens heerlijkheid in de landschap Drenthe, waarvan de beslissing is opgedragen aan een commissie van raadsheren uit het Hof van Holland, 1652, aug.; 1653, mei., juni, dec.
- Klaagschrift van de ingezetenen van Drouwen bij Willem Frederik over het feit dat zij lastig gevallen worden door soldaten, die de schans in de Valtherdijk bewaken, 1652.
- Briefwisseling tussen de Raad van State en Willem Frederik over militaire benoemingen, 1653, jan.
- Verzoek van Willem Frederik aan Ridderschap en Eigenerfden om aan de predikant Picardt te Coevorden de jaarlijkse erfpacht voor zijn land, boomgaarden, huis en bijgebouwen te Rhee kwijt te schelden en hem 900 Carolus gulden te vergoeden vanwege de door hem geleden schade, 1653, jan.
- Uitnodiging van Willem Frederik door drost Rutger van den Boetzelaer op de vergadering van Ridderschap en Eigenerfden van 18 aug. 1653, die speciaal is uitgeschreven om aan het geld, te betalen door Drenthe, ten behoeve van de eerste Engelse zeeoorlog te komen; met bericht van verhindering door Willem Frederik, 1653, aug.
- Bemoeienis van Willem Frederik met de klacht van convooimeester Tjaert Wederspan te Bourtange over het gebruik van sluipwegen om het heffen van convooien en licenten te vermijden, 1653, aug.
- Bedankbrief van Jacobus Francke, predikant te Roswinkel, voor de bemiddeling van Willem-Frederik, die heeft geleid tot verhoging van zijn tractement, 1653, aug.
- Uitstel van de reis van drost Rutger van den Boetzelaer naar 's-Gravenhage om de eed als kapitein af te leggen vanwege zijn onmisbaarheid in Drenthe, gezien de komende rekendag, lotting en landdag, 1653, nov.
- Verzoek van Drost en Gedeputeerden aan Willem Frederik om de compagnie ruiters van ritmeester Hagewolt te belasten met het bezet houden van Coevorden; met negatief antwoord, 1653, nov.

Vervolg nr 22: Correspondenten:
Bolken, Clas, schulte te Roswinkel, 1653, aug.
Brandenburg, Friedrich Wilhelm I, keurvorst van, 1652, juli
Donck, Balthasar van, bewindvoerder van de Veenhuizer venen, 1652, juli..
Doma, Pibo van, dijkgraaf en ontvanger van Kollum en Kollumerland, 1650, nov., dec.
Drouwen, ingezetenen van, 1652.
Echten, heer van, 1652, maart.
Francke, Jacobus, predikant te Roswinkel, 1653, aug.
Friesland, Staten van, 1652, april.
Gelderland, Staten van, 1652, april.
Gockinga, commandeur te Bourtange, 1653, aug.
Gijsels van Lier, Arnold, geheimraad van de keurvorst van Brandenburg, 1652, aug.
Haselbeeck, Jacob, predikant te Tolbert, 1650, dec.; 1651, aug.
Nassau, Maurits van, neef van Willem Frederik, 1652, juli.
Roswinkel, de schulte van, 1653, aug.
Schickhart, Jacob, landschrijver, 1648, feb.; 1650, dec.; 1653, maart.
Sighers, Bate van, weduwe van kapitein Eysso van Sighers, 1653, aug.
Sighers, Wolter van, zoon van kapitein Eysso van Sighers, korporaal, 1653, aug
Stad en Lande, Staten van, 1652, april.
State, Raad van, 1653, jan.
Staten-Generaal, 1651, april; 1652, feb, april.
Synode, presidium van de Drentse, 1652, jan.
Utrecht, Staten van, 1652, april
Vegelin van Claerbergen, Philip Ernst, Raad en secretaris van Willem Frederik, 1650, nov. dec.; 1652, jan., maart. juni.
Welvelde, Johan van, gedeputeerde van Drenthe, 1650, dec.
Wijdefelt, Gozewijn van, neef van Philip Ernst Vegelin van Claerbergen, 1650, dec.
Zeeland, Staten van, 1652, april.

Belangrijkste onderwerpen nr 28:
- Bemoeienis van Willem Frederik met het geschil tussen de Landschap en de heer van Ruinen, dienende voor de Staten-Generaal, over de status van de heerlijkheid Ruinen in de landschap Drenthe, 1654, jan.
- Uitnodigingen van Willem Frederik op de Landsdagen te Assen, met (meestal) bericht van verhindering van Willem Frederik, 1654, febr.; 1657, febr.; 1658, febr.
- Nominatie van drie personen door Ridderschap en Eigenerfden voor officiersplaatsen in de compagniën ter repartitie van Drenthe, waaruit Willem Frederik de electie verricht, 1654, feb.; 1656, jan.maart.
- Bedankbrief van Willem Frederik voor de hem door Johan Picardt, predikant te Coevorden toegezonden preek, 1654, feb.
- De benoeming op verzoek van Willem Frederik van Roelof van den Clooster te Rheebruggen als gedeputeerde in het College, 1654, feb., maart
- Verzoek van Willem Frederik aan Ridderschap en Eigenerfden om octrooi te verlenen aan Jacob Trip de Jonge en Laurens Wijland voor de door hen gegraven Giersloot, vanuit de A, langs de grens met Overijssel tot aan de grens met Friesland, 1654, feb.
- Pogingen van Willem Frederik om Ridderschap en Eigenerfden aan de weduwe van kapitein Sighers het bedrag te laten terugbetalen, dat haar echtgenoot bij leven aan zijn compagnie heeft uitgegeven, 1654, feb., maart; 1655, maart.
- Besluit van Ridderschap en Eigenerfden over de hoogte van de vergoeding voor de wapens van de compagnie van wijlen kapitein Sighers, bestemd voor zijn weduwe, voor te schieten door drost Rutger van den Boetzelaer, op voorwaarde dat voornoemde drost die voorgeschoten gelden terugkrijgt van de opvolger van kapitein Sighers, 1654, feb., maart.
- Bemoeienis van Willem Frederik met pogingen van drost Rutger van den Boetzelaer om van compagnie, waarvan Van den Boetzelaar de officiersplaatsen mag benoemen, te veranderen, 1654, febr., dec.; 1656, jan.; 1657, jan.; 1658, mei, dec.; 1659, sept., okt.

Vervolg nr 28- Bemoeienis van Willem Frederik met de overdracht van de plaats van kornet Lepel in de compagnie van ritmeester Van Welvelde aan Gerrit Struuck, 1654, feb. maart.
- De nominatie van schulten door drost Rutger van den Boetzelaer, alsmede het verlenen van commissie aan de nieuwe schulten door Willem Frederik, 1654, feb., maart; 1655, jan.;1656, aug.; 1657, sept.; 1660, jan., maart, juni.
- De proviandering en de versterking van de vesting Coevorden,1654, maart, okt., nov.
- Afwijzing van de aanbeveling van Willem Frederik om ritmeester Joost van Welvelde vanwege het bezit van de havezate Lemferdinge op te nemen in de Ridderschap, 1654, maart; 1655, febr.
- Verzoek van Willem Frederik aan drost Rutger van den Boetzelaer om aan de landschrijver J. Schickhardt toe te staan te zijner tijd zijn ambt over te doen aan diens broer, thans schulte te Meppel, 1654, juni; 1657.
- Correspondentie tussen Willem Frederik en drost Rutger van den Boetzelaer inzake een bij de stadhouder ingediende klacht van de dochter van wijlen Trijne Roelofs over een oordeel van de Etstoel betreffende de eigendom van een erve in Zuidwolde, 1654, aug., okt.
- Verzoek van Willem Frederik aan drost Rutger van den Boetzelaer om hem op de Drentse synode te vertegenwoordigen, 1654, sept., okt.
- De benoeming van Willem Frederik tot luitenant-stadhouder van Overijssel namens de minderjarige Willem III, 1654, okt.
- Klacht van de voerlieden te Coevorden dat zij meer dan andere ingezetenen worden belast, omdat zij paarden moeten houden, 1654, okt.
- Benoeming van een nieuwe gedeputeerde namens de Ridderschap in het College van Drost en Gedeputeerden, 1655, feb.
- Verzoek van Lucia van Heerma, weduwe van Conraedt van Wahren, aan Willem Frederik om bij Ridderschap en Eigenerfden aan te bevelen om het huis te Bunne als havezate te erkennen, 1655, feb.

Vervolg nr 28- De betaling door kapitein Reint Alberda voor de wapens van zijn compagnie aan de erfgenamen van zijn voorganger, Johan van der Does, 1655, juli.
- Bemoeienis van Willem Frederik met het voornemen van de Raad van State een redoute bij de brug over de Mussel A, tussen het klooster Ter Apel en de kleine schans voor de Valtherdijk, aan te leggen, alsmede met het onderhoud van die schans en de kleine schans Ter Hole en met het onderhoud van de Emmerdijk, 1655, juli.
- Klacht, ingediend bij Willem Frederik, van Caspar Wyntgies te Amsterdam over het feit dat hij en Barthel Symis, eveneens wonende te Amsterdam, voortdurend als borgen worden aangesproken voor een schuld van Jan Krijthe te Amsterdam, terwijl niemand de derde borg, de schulte van Zuidwolde Lucas Steenbergen, lastig valt, 1655, okt.
- Klacht van de ingezetenen van Buddinge en Haakswolde, die het niet eens zijn met de uitspraak van de Staten-Generaal inzake de toepassing van het Drentse landrecht in de heerlijkheid Ruinen, 1656, sept, okt.
- Verzoek van Willem Frederik aan Ridderschap en Eigenerfden om Janna Lijflanders, genaamd Corjet, een pensioen uit Dikninge te geven, 1657, febr.
- Notitie over de verpachting van de generale middelen te Assen, 1657, april.
- Verslagen van drost Rutger van den Boetzelaer van de landdag, met bedankbrieven van Willem Frederik, 1658, feb., maart, dec.; 1659, maart.
- Verzoek van Drost en Gedeputeerden aan Willem Frederik om aan te bevelen dat Derck Lijphart, zoon van de vroegere landschrijver en in dienst van de compagnie van kapitein Reint Alberda, wordt bevorderd, 1658, maart.
- Toezegging van Drost en Gedeputeerden aan Willem Frederik om juffer Judith van Baar, dochter van de Slangenburg, een pensioen uit het stift Dikninge toe te kennen, 1658, sept.
- De eventuele verkiezing van mr. Rudolf van Selbach als gedeputeerde in het College, 1658, dec.; 1659, jan.

Vervolg nr 28- Brief van drost Rutger van den Boetzelaer over het kwalijke gedrag van Hans Mulder te Borger naar aanleiding van diens klacht, ingediend bij Willem Frederik, 1659, april.
- Brieven van dr. Johan Picardt, predikant te Coevorden, aan Willem Frederik, waarin hij een potloodtekening vraagt van de stadhouder als illustratie in zijn boek "Chronyck der Landtschap Drenth", 1660, jan., feb.
- Bemoeienis van Willem Frederik met de klacht van Jacob Greef over Steven Jansen, die zich als administrateur over de goederen van zijn schoonmoeder heeft verrijkt, 1660, feb.
- De bestraffing van boeren uit Roswinkel, die door hun handel in ossen uit Westfalen het moeras tussen Drenthe en Westfalen toegankelijk maken, 1660, sept, okt.
Correspondenten:
Amama, Gerrit, te Bourtange, 1660, sept.
Alberda, kapitein Reint, eigenaar van het Alberdagoed (het Huis te Paterswolde) te Paterswolde, 1655, juli.
Coevorden, stadsbestuur van, 1654, okt.
Echten van den Oldengaerden, Johan van, 1655, feb.
Greeff, Jacob, wonende te Hamburg, 1660, feb.
Heerma, Lucia, weduwe van Conraedt van Wahren, 1655, feb.
Picardt, Johan, predikant te Coevorden, 1654, febr.; 1660, jan.
Raad van State, 1654, feb., maart.
Schickhardt, Jacob, landschrijver, 1654, feb., juni.
Selbach, mr. Rudolf van, gedeputeerde, 1659, jan.
Staten-Generaal, 1654, jan.
Tjaarda, R, te Groningen, 1658, dec.
Wahren, Conraedt van, eigenaar van het huis te Bunne, 1655, feb.
Welvelde, Joost van, ritmeester en eigenaar van Lemferdinge te Paterswolde, 1654, maart; 1655, feb.
Welvelde, Johan van, gedeputeerde, 1655, feb.
Wyntgis, Caspar, wonend te Amsterdam, 1655, okt.

Belangrijkste onderwerpen nr 32:
- Uitnodiging door drost Rutger van den Boetzelaer van Willem Frederik op de landdagen te Assen, met bericht van verhindering door Willem Frederik, 1661, jan.; 1662, feb; 1663, feb,; 1664, feb.
- Onderhandelingen van de landschap Drenthe met onder meer Stad en Lande, die leiden tot het verlenen door Ridderschap en Eigenerfden van de akte van survivance van het stadhouderschap over Drenthe aan Hendrik Casimir, het zoontje van Willem Frederik, 1661, jan-maart.
- Bemoeienis van Willem Frederik met het verzoek van de Gedeputeerde Staten van Stad en Lande om Rudolf Wolthers bij drost Rutger van den Boetzelaer aan te bevelen als schulte van Vries, 1661, jan., feb.; 1662, feb.
- Verzoek van Willem Frederik aan Ridderschap en Eigenerfden om een prebende uit het stift Dikninge te geven aan juffer Juliana Elisabeth van Roussel, 1661, feb.
- Bemoeienis van Willem Frederik bij de Raad van State met de overdracht te zijner tijd van de compagnie van drost Rutger van den Boetzelaer op zijn neef jonker Rutger van Loon, 1661, feb., maart; 1662, maart.
- Nominatie van schulten door drost Rutger van den Boetzelaer, alsmede het verlenen van commissie door Willem Frederik aan de nieuw benoemde schulten, 1661, maart, mei; 1662, feb., april, okt.
- Voorspraak van Willem Frederik op verzoek van de Staten van Friesland en van secretaris Struuk bij de Raad van State om de gebroeders Westerbeek te bevorderen in de vacante compagnie in Holland, 1661, maart, juli.
- De bezetting van Coevorden met de op Drenthe gerepartieerde compagnie van ritmeester Hendrik van Echten, 1661, maart.
- Hulp van de zijde van Drost en Gedeputeerden bij de nachtelijke doortocht door Drenthe van de echtgenote van Willem Frederik op haar reis naar Kleef, 1661, maart.
- Krijgsvoorbereidingen door de bisschop van Munster, 1661, april, mei

Vervolg nr 32- Briefwisseling tussen drost Rutger van den Boetzelaer en Willem Frederik over het verzoek van de drost om er ter vergadering van de Duitse Orde te Utrecht voor te pleiten dat diens neef, jonker Rutger van Loon, wordt opgenomen in de Duitse Orde, 1661, okt.
- Briefwisseling tussen drost Rutger van den Boetzelaer en Willem Frederik over het weer opgelaaide oude geschil over de grens tussen het graafschap Bentheim en de heerlijkheid Coevorden, 1661, nov.
- Verzoek van de Gedeputeerde Staten van Stad en Lande aan Willem Frederik om Engelbertus Linthorst bij drost Rutger van den Boetzelaer aan te bevelen als schulte van Vries, 1662, jan.
- Briefwisseling tussen drost Rutger van den Boetzelaer en Willem Frederik over de belangrijkste besluiten van de landdag, 1662, maart.
- De consenten van Drenthe in de betalingen voor de admiraliteiten van Holland en Zeeland, 1662, maart.
- De benoeming van Gerrit de Vos van Steenwijk tot vaandrig in de compagnie van Rutger van Loon, 1662, april juni.
- De proviandering van het garnizoen te Coevorden, 1662, april.
- Bemoeienis van Willem Frederik met de klacht van de echtgenote van Gerrit Harmens, schoenmaker te Meppel, bij Willem Frederik over het schoenmakersgilde te Meppel, 1662, juli, - Pogingen van Johan Struuck persoonlijk en van Drost en Gedeputeerden bij Willem Frederik om de zoon van Johan Struuck de plaats van de overleden kapitein Anthonis Polman te laten innemen, 1662, nov.
- Brieven van Drost en Gedeputeerden aan Willem Frederik, waarbij de secretaris en een gedeputeerde worden afgevaardigd om enkele zaken namens hen te bespreken, 1662, nov.; 1664, okt.
- Nieuwjaarswens van dr Johan Picardt voor Willem Frederik, waarin hij tevens zijn verwondering uitspreekt dat Willem Frederik hem nog niet heeft bedankt voor het boek "Antiquiteiten", 1663, jan.

Vervolg nr 32- Verzoek van Willem Frederik aan drost Rutger van den Boetzelaer om Ridderschap en Eigenerfden in navolging van Friesland een resolutie op de springpaarden te laten vaststellen, 1663, jan.; 1664, feb., maart.
- Bevel van Willem Frederik aan luitenant Struuck en kornet Van den Clooster om zich naar hun garnizoen te begeven, 1663, jan.
- Verzoek van Willem Frederik aan drost Rutger van den Boetzelaer om zich op de hoogte stellen van de inbreuk op de jurisdictie van Augustinus Lyclama, substituutgrietman van Ooststellingwerf, door inwoners van Drenthe bij de grenzen tussen Drenthe en Ooststellingwerf, 1663, mei.
- De achterstand in de betaling van de serviesgelden door Friesland aan de op dit gewest gerepartieerde compagnie, die vroeger aan de drost toebehoorde, 1663, mei
- Het voorstel om een nieuw regiment op te richten, waarin de drie compagnieën, die op Drenthe gerepartieerd zijn, worden opgenomen, 1663, mei., juli; 1664, feb.
- Begeleidend schrijven van Allert Polman uit Rijnberg, gericht aan de heer Hering, secretaris van Willem Frederik te Turnhout, bij een zending kreeften, bestemd voor Albertine Agnes, met in de brief informatie over hoe men in Drenthe denkt over de oprichting van een nieuw regiment, waarin opgenomen de drie op Drenthe gerepartieerde compagnieën, 1663, juli.
- Kennisgeving aan Willem Frederik dat Gedeputeerde Staten van Stad en Lande, het stadsbestuur van Groningen en Drost en Gedeputeerden van Drenthe besloten hebben dat de compagnie ruiters van ritmeester Hendrik van Echten deze winter in Groningen blijft, 1663, nov.
- Bemoeienis van Willem Frederik met het opvoeren van het salaris van Johan Hendrik van den Clooster, monstercommissaris van de militie van Drenthe, op de staat van oorlog van Drenthe, 1663, nov.
- Uitnodiging voor Willem Frederik om op de Drentse synode te verschijnen of om een plaatsvervanger aan te wijzen, 1663, nov.; 1664, febr.

Vervolg nr 32- Verslag door drost Rutger van den Boetzelaer van hetgeen op de landdag is gepasseerd, 1664, maart.
- Kennisgeving door drost Rutger van den Boetzelaer aan Willem Frederik dat advocaat Sichterman op de landdag tot landschrijver is gekozen, 1664, okt.
Correspondenten:
Harmens, Gerrit, schoenmaker te Meppel, 1662, juli.
Hering, secretaris van Willem Frederik 1663, juli.
Polman, Allert, 1663, juli.
Raad van State, 1663, nov.
Selbach, Rudolf van, gedeputeerde, 1661, jan.
Sigers ter Borch, Johan de, gedeputeerde, 1661, feb.
Siccama, A., 1663, nov
Stad en Lande, Gedeputeerde Staten van, 1661, jan.; 1662, jan., feb.
Struuck, Johan, secretaris van Drost en Gedeputeerden, 1662, nov. (persoonlijk)