U kunt via onze reserveringstool een afspraak inplannen en aangeven welke archiefstukken u op dat moment wilt inzien.

2.1.4. Archief van den Etstoel van Drenthe, 1802-1811 (Drents Archief)

Uw zoekacties: De Etstoel

0085 De Etstoel

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inventaris
2. Inventaris
2.1. Archieven van den Etstoel en van de hem opgevolgde collegiën tot 1811
2.1.4. Archief van den Etstoel van Drenthe, 1802-1811
0085 De Etstoel
2. Inventaris
2.1. Archieven van den Etstoel en van de hem opgevolgde collegiën tot 1811
2.1.4.
Archief van den Etstoel van Drenthe, 1802-1811
N.B. Had in 1799 het college van drossard en raden in den hove van Drenthe plaats moeten maken voor het Departementaal gerechtshof van den Ouden IJssel, vrij spoedig werd ingezien het bezwaar, dat eenzelfde college zoude moeten rechtspreken naar zulke afwijkende "landswetten". Daarom besloot het departementaal be- stuur van Overijssel (op 21 Juni 1802 in de plaats getreden van het gelijknamig bestuur van den Ouden IJssel) dit bezwaar te ondervangen door het scheppen van "een departementaal hof van justitie in Overijssel, zitting houdende te Deventer, en een etstoel in Drenthe, residerende te Assen." Bij publicatie d.d. 22 November 1802 werd de installatie van beide colleges aangekondigd op 26 d.a.v. Reeds op 9 September 1802 had genoemd departementaal bestuur voor den etstoel eene instructie vastgesteld.
De etstoel zou bestaan uit 1 president, 6 raden, 1 procureur-generaal en 1 secretaris. Volgens art. 3 der instructie bleef aan den etstoel opgedragen "de administratie van alle civile en crimineele zaken in het voormalig landschap Drenthe (stad en heerlijkheid Coevorden daaronder begrepen als van ouds) en ter eerster instantie alle actiën, in zaken het voormalig Drenthe betreffende, waarin het departementaal bestuur of de plaatselijke be- stuuren aldaar als gedaagdens worden aangesproken; alsmede de judicature van de zogenaamde gepriviligeerde zaken, bevorens door het college van drost en gedeputeerden geëxerceerd geweest, volgens de manier van procedeeren, daaromtrent gebruikelijk of nader, op voordragt van de etstoel, vast te stellen". Revisie zou toegelaten zijn in zeer gewichtige civiele zaken.
Wanneer de gevoelens van de leden van den etstoel niet eenstemmig waren, zou hiervan aanteekening gehouden worden in een "secreet register ¿. ter kennis des raads". In revisie zouden 3 leden van het departementaal hof met 2 leden van den etstoel vonnis wijzen. Geen definitief vonnis zou worden gewezen, tenzij minstens 5 leden tegenwoordig waren. Bij staking van stemmen wordt de zaak tot de volgende zitting uitgesteld. Staken dan de stemmen weder, dan wordt in crimineele zaken en civiele zaken beneden ¿ 500,-- "pro reo gecon- cludeerd". "In civile zaken van gewigt echter zal in zulken gevalle door de etstoel ¿ ter afdoening worden opgeroepen een der kundigste Drentsche costumieren en alsdan bij meerderheid geconcludeerd worden". "Alle requesten aan de etstoel ingeleverd, alle voorstellen der leden, alle voordragten van den procureur-generaal en in het algemeen alle inkomende stukken, wanneer daarop geene onmiddelijke dispositie of afdoening wordt vereischt, worden tot een voorlopig onderzoek gesteld in handen van een of meer commissarissen". Ook de lijfstraffelijke vonnissen zouden "ten overstaan van commissarissen worden uitgevoerd". Eindelijk zou "de etstoel ¿., voor zoverre de justitie betreft, acht geven, dat de schultessen en suppoosten in de carspelen derzelver pligt betragten", en voor den secretaris en verdere bedienden instructiën maken.
Voor den procureur-generaal stelde het departementaal bestuur tevens eene instructie vast. Hij zou zijn "de hoogste openbare aanklager in crimineele zaken en als zodanig verpligt alle mogelijke recherches te doen naar alle misdrijven". Gaven de informatiën z.i. aanleiding tot een gerechtelijk onderzoek, dan deed hij onder ken- nisgeving zijner wetenschap schriftelijk verzoek aan den etstoel of commissarissen om ter zake, ten overstaan van de betrokken plaatselijke gerechten of van commissarissen, getuigen te hooren. Werd dit toegestaan, dan gaf de procureur-generaal last tot het getuigenverhoor, waarvan hij de vraagpunten aan de commissarissen meedeelde Meende hij dan genoegzame bewijzen te hebben verkregen tot het instellen van eene crimineele procedure, dan droeg hij dit aan den etstoel of de commissarissen voor onder overlegging van alle stukken. Werd "decreet van apprehensie"verleend, dan zorgde de procureur-generaal wederom voor de uitvoering, en gaf den commissarissen wederom de vraagpunten op.
Over ontslag van den aangehoudene besloten wederom de commissarissen, op voordracht van den procureur-generaal. Eigenaardig is art. 17: "De procureur-generaal en commissarissen zijn gehouden, even zoveel werk te maken om de beschuldigden te ontlasten en derzelver onschuld te ontdekken en te doen blijken, als om derzelver onschuld te ontdekken en te doen blijken, als om dezelven tot confessie of convictie te brengen". Na afloop der verhooren diende de procureur-generaal dan zijn eisch en conclusie bij den etstoel in, vergezeld van alle stukken met een inventaris daarvan. Eindelijk was de procoreur-generaal verplicht, aan den etstoel kennis te geven van alle "civiele delicten", bij den drost aangebracht en door dezen een jaar lang onvervolgd gela- ten.
Bij de invoering in 1811 van de Fransche wetgeving in Drenthe werd de etstoel opgeheven en de rechtspraak ingericht naar Fransch model.

Kenmerken

Datering:
1518-1811
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Drents Archief, Assen. Toegang 0085 De Etstoel
VERKORT:
NL-AsnDA, 0085