U kunt via onze reserveringstool een afspraak inplannen en aangeven welke archiefstukken u op dat moment wilt inzien.
01.2. De instelling van de rijkswerkinrichtingen (Drents Archief)
0137.01 Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans
0137.01
Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans
Inventaris
01. Inleiding
01.2. De instelling van de rijkswerkinrichtingen
0137.01 Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans
01. Inleiding
01.2.
De instelling van de rijkswerkinrichtingen
laatste wijziging 17-10-2023
Op 22 februari 1879 werd onder verantwoordelijkheid van de Drentse minister mr. H.J. Smidt bij de Tweede Kamer een wetsontwerp ingediend tot vaststelling van een nieuw Wetboek van Strafrecht ter vervanging van de Code Pénal. Nadat een groot aantal wijzigingen was aangebracht, werd de inwerkingtreding van het Wetboek bepaald op 1 september 1886. Werden voor de invoering van het Wetboek de strafbare feiten verdeeld in misdaden, wanbedrijven en overtredingen, nu werd de verdeling in misdrijven en overtredingen ingevoerd. Art. 9 van het Wetboek maakt onderscheid tussen hoofdstraffen en bijkomende straffen. Onder de laatste categorie viel o.a. de plaatsing in een rijkswerkinrichting. Art. 432 bepaalt dat openbare bedelarij gestraft wordt met maximaal twaalf dagen hechtenis, in gemeenschap met drie of meer personen wordt dat ten hoogste 3 maanden. Bij herhaling binnen een jaar kan deze straf met een derde verhoogd worden. Als bijkomende straf kon dan maximaal 3 jaar plaatsing in een rijkswerkinrichting worden opgelegd. Personen opgebracht wegens dronkenschap konden tot plaatsing in een rijkswerkinrichting veroordeeld worden voor maximaal 1 jaar (art. 433). Voor landloperij, beschouwd als "leven zonder middel van bestaan", golden dezelfde straffen als voor bedelarij.
De Wet van 3 januari 1884, de zgn. Gestichtenwet, zorgde voor de aanwijzing van de gestichten waar gevangenisstraf, hechtenis en verblijf in een rijkswerkinrichting dienden te worden ondergaan. Als rijkswerkinrichtingen voor mannen werden aangewezen Veenhuizen II en III en het gesticht te Hoorn, voor vrouwen Veenhuizen I. De Wet van 1886 maakte ook een eind aan de zgn. vrije opname in rijkswerkinrichtingen. Bij de Wet van 18 maart 1888 werd het gesticht Ommerschans tot 31 december 1889 bestemd als rijkswerkinrichting voor mannen. Na 1914 werden de gestichten gebruikt voor uiteenlopende categorieën veroordeelden:
1. verpleegden: bedelaars, landlopers, drankwetovertreders, souteneurs; en
2. gevangenen, verdeeld in 2 groepen, nl. de zgn. openluchtgevangenen en de gedetineerden in de hulpgevangenis * .
1. verpleegden: bedelaars, landlopers, drankwetovertreders, souteneurs; en
2. gevangenen, verdeeld in 2 groepen, nl. de zgn. openluchtgevangenen en de gedetineerden in de hulpgevangenis * .
Hierbij komt tevens de term "verpleegden" naar voren. Dit dient niet in de gebruikelijke betekenis van het woord te worden opgevat. Verpleegden waren veroordeelden wegens overtredingen, dit in tegenstelling tot de gevangenen, die veroordeeld waren wegens misdrijven.
laatste wijziging 18-03-2024
768 beschreven archiefstukken
276 gedigitaliseerd
totaal 79.112 bestanden
Kenmerken
Datering:
1820-1963
Beschrijving:
Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans (1820) 1858 - ca.1960, en supplement 1860-1963
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Drents Archief, Assen. Toegang 0137.01 Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans
VERKORT:
NL-AsnDA, 0137.01
VOLLEDIG:
Drents Archief, Assen. Toegang 0137.01 Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans
VERKORT:
NL-AsnDA, 0137.01
Categorie:
laatste wijziging 18-03-2024
768 beschreven archiefstukken
276 gedigitaliseerd
totaal 79.112 bestanden