U kunt via onze reserveringstool een afspraak inplannen en aangeven welke archiefstukken u op dat moment wilt inzien.

1.1. Commissaris van de Koningin: ontwikkeling (Drents Archief)

Uw zoekacties: Kabinet van de Commissaris van de Koningin in Drenthe

0951 Kabinet van de Commissaris van de Koningin in Drenthe

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inventaris
1. Inleiding
1.1. Commissaris van de Koningin: ontwikkeling
0951 Kabinet van de Commissaris van de Koningin in Drenthe
1. Inleiding
1.1.
Commissaris van de Koningin: ontwikkeling
De functie van de Commissaris van de Koningin (hierna: CdK) heeft zich sinds 1850 ontwikkeld van primair rijksfunctionaris tot primair provinciaal gezagdrager.
De CdK was in de tijd van Thorbecke vooral een vertegenwoordiger van het koninklijk gezag in de provincie, dus een rijksorgaan. De grondwet van 1814 spreekt al van een gouverneur der provincie. En de instructie, de definitieve dateert uit 1820, gaf de gouverneur aanzienlijke macht, die ten koste ging van die van de Staten. Hij had onder meer het toezicht op de juiste uitvoering van alle wetten, reglementen en verordeningen, had het oppertoezicht over de ambtenaren en bedienden in zijn provincie en droeg zorg voor de binnenlandse rust en veiligheid. Dit veranderde met de komst in 1850, van de nieuwe provinciale wet. De Commissaris des Konings, zoals de gouverneur nu voortaan heette, was sindsdien vooral belast met de uitvoering van de besluiten van Provinciale en Gedeputeerde Staten, naast nog de zorg voor de handhaving van de openbare orde. Ook nu werden de taken nader omschreven in een Ambtsinstructie.
Na de grondwetsherziening van 1848, waaruit ook de genoemde nieuwe provinciale wet voortvloeide, is de constitutionele positie van de CdK op hoofdlijnen nauwelijks meer veranderd. De feitelijke inhoud van het ambt veranderde de afgelopen anderhalve eeuw echter des te meer, vastgelegd in nieuwe versies van de Provinciale wet en de Grondwet. Met de totstandkoming van de Provinciewet in 1962 werd de CdK in provincierechtelijke zin primair een provinciaal orgaan. Daarnaast verrichte de CdK alleen nog rijkstaken op grond van de Ambtsinstructie van 1966. In constitutionele zin was de CdK alleen nog primair rijksorgaan op grond van de Grondwet van 1972. Hieraan kwam een einde met de algehele grondwetsherziening van 1983. De CdK is thans ook in grondwettelijke zin in de eerste plaats provinciaal orgaan (Grondwet art. 125, 2e lid). Daarnaast is hij rijksorgaan voor zover de wetgever hieraan krachtens art. 126 van de Grondwet invulling geeft. De noodzakelijke wettelijke basis hiervoor kwam in 1992 tot stand in de Provinciewet (art. 182), terwijl de vaststelling van de nieuwe huidige Ambtsinstructie twee jaar later volgde.
Hoewel de CdK door bovenstaande ontwikkelingen primair een provinciaal bestuurder, een provinciaal orgaan, is geworden, is hij óók een rijksorgaan gebleven. Zijn positie is daarom dualistisch. Deze dualiteit heeft in de afgelopen decennia regelmatig discussie opgeroepen, maar wordt desondanks tot op heden als wenselijk ervaren. Dit neemt niet weg dat de twee kwaliteiten, provinciaal orgaan/rijksorgaan, zelfs voor insiders niet altijd even gemakkelijk uit elkaar te houden zijn.
De eerste gouverneur van de provincie Drenthe was Petrus Hofstede, die zijn functie vanaf 1814 tot in 1831 vervulde. In 2011 kent de provincie in de persoon van Jacques Tichelaar (vanaf 2009) haar 22e gouverneur/commissaris. * 

Kenmerken

Datering:
(1946) 1952-2000 (2004)
Citeerinstructie:
Bij het citeren in annotatie en verantwoording dient het archief tenminste eenmaal volledig en zonder afkortingen te worden vermeld. Daarna kan worden volstaan met verkorte aanhaling.
VOLLEDIG:
Drents Archief, Assen. Toegang 0951 Kabinet van de Commissaris van de Koningin in Drenthe
VERKORT:
NL-AsnDA, 0951