Mede omdat de archieven van de provincie Drenthe werden geïnventariseerd om in bewaring gegeven te worden bij het Drents Archief, werd et vertrek van Den Teuling aangegrepen om ook het archief van de provinciaal archiefinspecteur tot en met 2005 te inventariseren.
Omdat vele van de hierboven genoemde activiteiten van Den Teuling, hoewel niet altijd automatisch volgend uit de inspectietaak in engere zin, toch vaak verweven zijn met zijn functie, is er in overleg met de voormalige archiefinspecteur voor gekozen om zowel de stukken betreffende de inspectietaak als de stukken die meer betrekking hebben op de activiteiten van Den Teuling, niet strikt verband houdende met de inspectietaak, in één inventaris op te nemen.
Het hieronder beschreven archief bestaat dan ook uit twee hoofdbestanddelen. Onder de paragrafen 2 en 3.1 zijn enkelstukken ondergebracht, gevormd door de archiefinspecteur vanuit zijn taakstelling. Het beslaat vooral de periode dat de functie van archiefinspecteur vervuld werd door Den Teuling en door diens voorganger J. Heringa (feitelijk R.C.M. Jacobs), vanaf 1 augustus 1970 rijksarchivaris in Drenthe. De archieven gevormd als inspecteur na de aangegane samenwerking per 1 januari 1992 met de twee noordelijke collega's, maken deel uit van de archieven van de drie respectieve provincies. In deze inventaris worden dan ook alleen stukken beschreven die betrekken hebben de taak als inspecteur van de provincie Drenthe.
Ook zijn hieronder te vinden een serie (concept)inventarissen en -toegangen, in de jaren tachtig van de 20e eeuw opgesteld onder verantwoordelijkheid van de provinciaal archiefinspecteur in het kader van een besluit van Gedeputeerde Staten om op verzoek, vernietiging, ordening en beschrijving van gemeente- en waterschapsarchieven ter Provinciale Archiefinspectie te laten verrichten.

Onder de paragrafen 3.2 en 3.3 zijn de stukken ondergebracht die vooral betrekking hebben op activiteiten van Den Teuling. Niet van alle activiteiten zijn hier stukken te vinden. Zo zijn de stukken gevormd als secretaris van het landelijk overleg van provinciale archiefinspecteurs aan de opvolger overgedragen, evenals die van de werkgroep selectielijst archiefbescheiden provinciale organen. Documentatie gebruikt voor samenvattende publicaties als Archiefbeheer in de praktijken een artikel in het ICA-tijdschrift Janusis niet per publicatie verzameld. Artikelen waarvan alleen drukproeven en overdrukken waren overgebleven zijn niet opgenomen. Ook die stukken zijn vernietigd die afkomstig van en verzonden zijn aan commissies waarvan het secretariaat door een overheidsorganisatie werd gevoerd alwaar zij zouden worden bewaard.
Anderzijds is van andere activiteiten meer bewaard dan op het eerste gezicht noodzakelijk zou lijken. Omdat van sommige activiteiten bekend is dat de archiefvorming om de formule plek van bewaring niet optimaal is (geweest), is in sommige gevallen zeer terughoudend vernietigd.
Ook is onder 3.3 (Documentatie) opgenomen een chronologische serie gedrukte circulaires gericht aan gemeentebesturen. Deze zijn in de jaren tachtig van de 20e eeuw verzameld door medewerkers in het kader van de wet sociale werkvoorziening tijdens een selectie- en indiceringsproject uit archieven van gemeenten uit de jaren 1819-ca 1920. Het betreft circulaires met bestuurlijk-organisatorische, administratieve en archiefonderwerpen.

Het archief is in de periode 2009-2011 geïnventariseerd. De selectie m.b.t. bewaren en vernietiging is gebeurd aan de hand van de Žselectielijst archiefbescheiden Provinciale organen 2005Ž, vastgesteld door de Staatssecretaris van Cultuur op 2 maart 2006. De omvang van het archief besloeg voor inventarisatie ca. 12 m'. Na inventarisatie is de omvang van het archief 6,5 m'.
Ten aanzien van het archief gelden geen beperkende bepalingen.

Th.M. van Mierlo
Assen/Kampen zomer 2011
VanMierlo ARCHIEFZORG&ONDERZOEK